O811 | Voorziening monitoring voormalige stortplaatsen | ||||
---|---|---|---|---|---|
Verloop | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
Saldo aanvang jaar (1) | 1.043.606 | 1.043.606 | 1.043.606 | 1.043.606 | 1.043.606 |
Vrijgevallen bedragen (2) | - | - | - | - | - |
Toevoeging (3) | - | - | - | - | - |
Aanwendingen (4) | - | - | - | - | - |
Begroot saldo einde jaar 5=1-2+3-4 | 1.043.606 | 1.043.606 | 1.043.606 | 1.043.606 | 1.043.606 |
Voorziening monitoring voormalige stortplaatsen | |
Doelstelling (in te realiseren maatschappelijke doelstellingen) | De wettelijke taken van de provincie op het gebied van monitoring voormalige stortplaatsen worden gefinancierd met de opbrengst van de leemtewetheffing. De uit de leemtewetheffing voortvloeiende middelen hebben op grond van de Wet milieubeheer een specifiek bestedingsdoel en zijn om deze reden niet vrij beschikbaar. Deze middelen kunnen daarom dan ook niet meer worden opgenomen als bestemmingsreserve en worden met ingang van 1 januari 2016 als voorziening opgenomen. |
---|---|
Instellingsbesluit | Bij de 1e Bestuursrapportage 2016. Dit naar aanleiding van de controle van de Jaarrekening 2015 in verband met gewijzigde interpretatie van het BBV. |
Toelichting | De leemtewetheffing is in artikel 15.44 lid 1c van de Wet milieubeheer opgenomen. Wettelijk is bepaald dat deze heffing uitsluitend bedoeld is voor inventarisatie van voormalige stortplaatsen en onderzoek en monitoring van aanwezigheid, aard en omvang van eventuele verontreiniging van deze stortplaatsen. Dit zal ook in de komende periode plaatsvinden voor de (potentiële) spoedlocaties en eventuele herontwikkelingslocaties. Bij het overgrote deel van de voormalige stortplaatsen heeft de bodemverontreiniging geen actuele risico's voor mens en milieu tot gevolg. De aanpak van deze stortplaatsen heeft daarom geen prioriteit. Zoveel mogelijk vindt de aanpak plaats bij herontwikkeling. Omdat de uit deze heffing geïnde gelden specifiek moeten worden besteed aan voormalige stortplaatsen, dienen deze op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten te worden opgenomen in een voorziening inzake van derden verkregen middelen met een specifiek bestedingsdoel (artikel 44 lid 2 BBV). |
Wat zijn we van plan? | Er zijn geen onttrekkingen of toevoegingen gepland voor 2025. |